Bible-Server.org  
 
 
Praise the Lord, all ye nations      
Psalms 117:1       
 
enter keywords   match
 AND find keywords in

Home Page
Genesis
Exodus
Leviticus
Numeri
Deuteronomium
Jozua
Richteren
Ruth
1 Samuël
2 Samuël 
1 Koningen
2 Koningen
1 Kronieken
2 Kronieken
Ezra
Nehemia
Esther
Job
Psalmen
Spreuken
Prediker
Hooglied
Jesaja
Jeremia
Klaagliederen
Ezechiël
Daniël
Hosea
Joël
Amos
Obadja
Jona
Micha
Nahum
Habakuk
Zefanja
Haggaï
Zacharia
Maleachi
Matthëus
Markus
Lukas
Johannes
Handelingen
Romeinen
1 Korinthiërs
2 Korinthiërs 
Galaten
Efeziërs 
Filippensen
Kolossensen
1 Thessalonicensen
2 Thessalonicensen 
1 Timothëus
2 Timothëus
Titus
Filemon
Hebrëen
Jakobus
1 Petrus
2 Petrus
1 Johannes
2 Johannes
3 Johannes
Judas
Openbaring
 
 

 
 
translate into
Psalmen Chapter77
 
1 Een psalm van Asaf, voor den opperzangmeester, over Jeduthun.
 
2 Mijn stem is tot God, en ik roep; mijn stem is tot God, en Hij zal het oor tot mij neigen.
 
3 Ten dage mijner benauwdheid zocht ik den HEERE; mijn hand was des nachts uitgestrekt, en liet niet af; mijn ziel weigerde getroost te worden.
 
4 Dacht ik aan God, zo maakte ik misbaar; peinsde ik, zo werd mijn ziel overstelpt. Sela.
 
5 Gij hieldt mijn ogen wakende; ik was verslagen, en sprak niet.
 
6 Ik overdacht de dagen van ouds, de jaren der eeuwen.
 
7 Ik dacht aan mijn snarenspel; in den nacht overlegde ik in mijn hart, en mijn geest onderzocht:
 
8 Zal dan de Heere in eeuwigheden verstoten, en voortaan niet meer goedgunstig zijn?
 
9 Houdt Zijn goedertierenheid in eeuwigheid op? Heeft de toezegging een einde, van geslacht tot geslacht?
 
10 Heeft God vergeten genadig te zijn? Heeft Hij Zijn barmhartigheden door toorn toegesloten? Sela.
 
11 Daarna zeide ik:Dit krenkt mij; maar de rechterhand des Allerhoogsten verandert.
 
12 Ik zal de daden des HEEREN gedenken; ja, ik zal gedenken Uw wonderen van ouds her;
 
13 En zal al Uw werken betrachten, en van Uw daden spreken.
 
14 O God! Uw weg is in het heiligdom; wie is een groot God, gelijk God?
 
15 Gij zijt die God, Die wonder doet; Gij hebt Uw sterkte bekend gemaakt onder de volken.
 
16 Gij hebt Uw volk door Uw arm verlost; de kinderen van Jakob en van Jozef. Sela.
 
17 De wateren zagen U, o God! de wateren zagen U, zij beefden; ook waren de afgronden beroerd.
 
18 De dikke wolken goten water uit; de bovenste wolken gaven geluid; ook gingen Uw pijlen daarhenen.
 
19 Het geluid Uws donders was in het ronde; de bliksemen verlichtten de wereld; de aarde werd beroerd en daverde.
 
20 Uw weg was in de zee, en Uw pad in grote wateren, en Uw voetstappen werden niet bekend. [ (77:21) Gij leiddet Uw volk, als een kudde door de hand van Mozes en Aaron. ]
 
 

  [ Prev ] 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 | 15 | 16 | 17 | 18 | 19 | 20 | 21 | 22 | 23 | 24 | 25 | 26 | 27 | 28 | 29 | 30 | 31 | 32 | 33 | 34 | 35 | 36 | 37 | 38 | 39 | 40 | 41 | 42 | 43 | 44 | 45 | 46 | 47 | 48 | 49 | 50 | 51 | 52 | 53 | 54 | 55 | 56 | 57 | 58 | 59 | 60 | 61 | 62 | 63 | 64 | 65 | 66 | 67 | 68 | 69 | 70 | 71 | 72 | 73 | 74 | 75 | 76 | 77 | 78 | 79 | 80 | 81 | 82 | 83 | 84 | 85 | 86 | 87 | 88 | 89 | 90 | 91 | 92 | 93 | 94 | 95 | 96 | 97 | 98 | 99 | 100 | 101 | 102 | 103 | 104 | 105 | 106 | 107 | 108 | 109 | 110 | 111 | 112 | 113 | 114 | 115 | 116 | 117 | 118 | 119 | 120 | 121 | 122 | 123 | 124 | 125 | 126 | 127 | 128 | 129 | 130 | 131 | 132 | 133 | 134 | 135 | 136 | 137 | 138 | 139 | 140 | 141 | 142 | 143 | 144 | 145 | 146 | 147 | 148 | 149 | 150 | [ Next ]